Over het gebrek aan effectieve bescherming tegen misbruik van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd voor werknemers die als zeevarenden in dienst zijn 

Indienster beklaagt zich over de situatie van werknemers in loondienst als zeevarenden in Italië, die het slachtoffer zijn van misbruik van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd die in strijd zijn met het bepaalde in Richtlijn 1999/70/EG en met de Europese kaderovereenkomst inzake arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd. Indienster beklaagt zich met name over de praktijken van de Capitanerie di porto (havenautoriteiten), die de openbare arbeidsbureaus voor zeevarenden beheren. Deze autoriteiten omzeilen systematisch de bepalingen van artikel 326 van de Italiaanse scheepvaartcode, dat voorziet in een maximale duur van één jaar voor arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd. Indienster bekritiseert met name de handelingen van de Rete Ferroviaria Italiana (RFI – het bedrijf dat onder meer de veerdiensten tussen Sicilië en Sardinië exploiteert), dat sinds 1995 opeenvolgende tijdelijke contracten van 78 dagen gebruikt om zijn chronische personeelstekort het hoofd te kunnen bieden. Dit is een illegale praktijk die heeft geleid tot een langdurig en uitgebreid geschil tussen zeevarenden en de RFI. Gezien de onzekerheid en het risico van ongelijke behandeling als gevolg van de uiteenlopende uitspraken van de bevoegde Italiaanse rechtbanken, verzoekt indiener het Europees Parlement om actie te ondernemen om te zorgen voor een daadwerkelijke bescherming van maritiem werk in Italië.