Over de vermeende schending van zijn rechten uit hoofde van Richtlijn (EU) 2016/343 betreffende de versterking van bepaalde aspecten van het vermoeden van onschuld en van het recht om in strafprocedures bij de terechtzitting aanwezig te zijn 

Lūgumraksta iesniedzējs
Petīcija ir adresēta
Petitionsausschuss des Europäischen Parlaments
1 atbalstītājs 1 iekš Eiropas Savienība

Kolekcija beidzās

1 atbalstītājs 1 iekš Eiropas Savienība

Kolekcija beidzās

  1. Sākās 2019
  2. Kolekcija beidzās
  3. Sagatavojiet iesniegšanu
  4. Dialogs ar saņēmēju
  5. Lēmums

Šī ir tiešsaistes petīcija Eiropas Parlamenta priekšsēdētājs ,

Indiener stelt de schending van het vermoeden van onschuld aan de kaak in een strafproces dat de Roemeense directie Onderzoek naar georganiseerde misdaad en terrorisme (DIICOT) tegen hem heeft ingesteld. Hij laakt vooral dat het openbaar ministerie vertrouwelijke informatie uit zijn dossier naar de media heeft gelekt en hem in opspraak heeft gebracht door hem, in strijd met het nationale en het Europese recht, fysiek in bedwang te houden in het openbaar. Hij voert aan dat Richtlijn (EU) 2016/343 betreffende de versterking van bepaalde aspecten van het vermoeden van onschuld en van het recht om in strafprocedures bij de terechtzitting aanwezig te zijn, in zijn geval rechtstreeks van toepassing is aangezien de richtlijn nog niet in nationaal recht is omgezet en omdat de bepalingen ervan onvoorwaardelijk en voldoende duidelijk en nauwkeurig zijn en zij particulieren rechten toekennen.

Saite uz petīciju

Attēls ar QR kodu

Noplēšama lapiņa ar QR kodu

lejupielādēt (PDF)

Debates

Pagaidām nav PAR argumentu.

Pagaidām nav PRET argumentu.

Palīdziet stiprināt pilsoņu līdzdalību. Mēs vēlamies padarīt jūsu bažas dzirdamas un palikt neatkarīgiem.

Veiciniet tūlīt